• Overig
  • Gewijzigd op 8 oktober 2024

Van profwielrenner naar toerfietser: Tom Dumoulin voelt zich bevrijd

Weg met de trainingsschema’s, fietscomputer en vermogensmeter. Toerfietser Tom Dumoulin voelt zich bevrijd. Met vriendenclub Grupetto Saint Pierre fietsten we zijn favoriete ronde vanuit Maastricht. “Dit is mijn eerste 100 km rit van het jaar."
Van profwielrenner naar toerfietser: Tom Dumoulin voelt zich bevrijd
Van profwielrenner naar toerfietser: Tom Dumoulin voelt zich bevrijd
Het is een druilerige ochtend in de Vesder-vallei. Een pak bewolking steelt het uitzicht op de Ardennen. In dit grauwe, maar fraaie decor strijden Tom Dumoulin en zijn fietskameraden om de eer wie het eerst boven is op de Drolenval, een smeerlap met hellingen tot negentien procent. Dat gaat met een snoeihard tempo. De voormalig Giro-winnaar heeft de trainingsschema’s en vermogensmeter misschien afgezworen, maar als het erop aankomt is hij nog altijd fanatiek. Ook nu hij nog maar één of twee keer per week fietst.

“De competitiedrang zit er nog altijd in. Ik laat mezelf er niet graag afrijden. En als ik bloed ruik ben ik weg”

“De competitiedrang zit er nog altijd in. Ik laat mezelf er niet graag afrijden. En als ik bloed ruik ben ik weg”, zegt hij daarover eerder die ochtend met een glimlach. We zitten dan op het terras in de achtertuin van zijn vrijstaande jaren dertig woning aan de rand van Maastricht. Het is nog droog. Op de achtergrond weerklinken bouwgeluiden. De woning wordt grondig gerenoveerd. De muren zijn al gestuukt en de serre is aangebouwd, maar het oude zwembad is nog gevuld met bruin water. Tom (33) woont samen met zijn zwangere vriendin tijdelijk in de verbouwde garage. “Ik ben retedruk met de verbouwing. Ik ben zelf de aannemer en coördineer alle partijen die het werk uitvoeren.”

Voor me staat een smakelijke kop koffie uit de espressomachine die hij onlangs heeft geïnstalleerd. De Maastrichtenaar (polo, korte broek, behaarde benen) is opgewekt en belangstellend. “Fiets je zelf ook veel?”, klinkt het bij de ontvangst. Hij bracht dit voorjaar samen met auteur Nando Boers een boek uit over zijn roemrijke carrière die in 2022 eindigde. Over die carrière en het einde daarvan is veel gezegd en geschreven. Maar ik ben vooral benieuwd naar het hier en nu. Hoe staat hij nu in het leven? En hoe is de fietsbeleving van ‘toerfietser’ Tom? 

Bibbers

Naast zijn bezigheden als ‘aannemer’ werkt de Giro-winnaar als freelancer in de wielersport. Als analist voor de NOS gaat naar evenementen zoals de Tour de France en het WK. Daarnaast is hij ‘global brand ambassador’ voor Giant, het fietsenmerk waarop hij reed in de tijd van team Sunweb. “Afgelopen maart was ik bijvoorbeeld elf dagen in Azië voor de lancering van de nieuwe Giant TCR. Ik kan daarover goed vertellen. Bijna niemand heeft op zo’n hoog niveau, vijf generaties van die fiets gereden.”

Daarnaast geeft hij clinics en voordrachten voor bedrijven. Daarin vindt hij een nieuwe uitdaging. “Ik vond praten voor groepen altijd moeilijk. Voor een presentatie op de middelbare school had ik al de bibbers in m’n lijf. Maar ik word er steeds beter in en vind het ook leuk om te doen. Het is leuk om het enthousiasme voor het fietsen door te kunnen geven. De combinatie met een rondje fietsen met zo’n groep in een mooi landschap zoals het Limburgse heuvelland is dan echt super. Dan kun je niet alleen vertellen wat fietsen zo mooi maakt, maar het ook laten zien.” 

Heb je na je wielercarrière overwogen om iets compleet anders te gaan doen?

“Toen ik stopte had ik niet verwacht dat ik twee jaar later nog actief zou zijn in de wielerwereld. Ik heb overwogen om te gaan studeren, of iets anders te doen totaal buiten de fietssport. Maar ik voelde dat ik er nog niet klaar mee was. Ik word nog steeds blij van fietsen in de heuvels. En ik word er heel blij van om bij wedstrijden te zijn. De sfeer, de adrenaline en het tactische spel van de koers, daar geniet ik van. Uiteindelijk ben ik zelf naar de NOS gestapt om te zeggen: ‘Hoi, ik ben Tom en zou het leuk vinden om bij jullie analist te worden’.” 

Doe je dat werk met een missie?

“Zeker. Mijn doel is het delen van kennis over de wielersport, op leuke manier, zodat mensen er enthousiast van worden. Het is zo boeiend en intrigerend om een wedstrijd te kijken, maar je moet als kijker wel weten hoe het werkt in het peloton. Als analist probeer ik uit te leggen wat voor interessant schaakspel wielrennen eigenlijk is.”

Met dat overbrengen van enthousiasme voor de wielersport als NOS-analist is Tom afgelopen zomer met vlag en wimpel geslaagd. Tijdens de live-uitzendingen, maar ook met de verkenningen van etappes. Hij beklom onder andere met oud-minister Hugo de Jonge de Col de la Bonnette en reed de parcoursen van de tijdritten – zijn favoriete discipline.

Zijn passie voor én kennis van de sport smelten in deze video’s samen. “Dorpje uit, afdaling gehad, wijngaarden in. Werkelijk waar, schitterend. En voor de renners is het nu zaak: knallen!”, zegt hij vanop de tijdritfiets tijdens de verkenning van de zevende etappe van de Tour. In diezelfde video zet hij de achtervolging in op een wielertoerist bij die hem voorbij steekt: “Dit laat ik mij niet gebeuren!”

Je kan ook denken: ik heb de Giro en het WK gewonnen. Laat lekker gaan die toerist

“Die actie was niet gespeeld. Ik denk dan echt: verdomme ik laat met er hier toch niet afrijden. Dat is denk ik de competitiedrang die erin zit.” 

Toms telefoon gaat af. De eerste fietskameraad Grupetto Saint Pierre staat voor de deur. Grupetto Saint Pierre is het trainingsgroepje met renners die hij kent uit de tijd dat hij wedstrijden reed. Met een glimlach: “De naam komt van het voormalige dorp Sint Pieter, inmiddels onderdeel van Maastricht, waar we nu zitten. Het is een redelijk elitaire wijk, vandaar de deftige naam ‘Grupetto Saint Pierre’.”

Tom doet open en sprint naar binnen om zich om te kleden. Na een korte rondleiding door het huis en update over de verbouwing is het tijd om te gaan fietsen. Het trainingsgroepje is vandaag zeven man sterk. Jos van Emden, oud-ploeggenoot bij Jumbo-Visma, pakt zijn rol als wegkapitein op en maant iedereen om te vertrekken. Maar niet voordat hij het weer checkt: “Richting het zuiden blijft het droog.”

Hoe vaak fiets je nog? 

“Mijn doel is twee keer hardlopen en twee keer fietsen per week. Die twee keer hardlopen haal ik wel, maar ik zit misschien eens in de week op de fiets. En soms ook een week niet. Sinds ik ben gestopt, heb ik nog geen normaal ritme gevonden. Veel fietsers kunnen hun ritten om het werk heen plannen, maar ik heb geen vast werkritme en ben dus retedruk met de verbouwing. Het rondje van straks wordt mijn eerste honderd kilometer rit van het jaar. Het zal niet zo hard gaan, hoor.”

Dat dat laatste relatief is, blijkt vanaf het vertrek. Bochten worden strak aangesneden, er wordt stevig tempo gereden bergop en in de eerste afdaling tikt mijn teller bijna 90 kilometer per uur aan. Dit clubje (oud) wedstrijdrenners stuurt, daalt en klimt op hoog niveau, zoveel is duidelijk.

"Het rondje van straks wordt mijn eerste honderd kilometer rit van het jaar"

We fietsen de Grupetto Saint Pierre Classic (114 kilometer, 1600 hoogtemeters), vanuit Maastricht richting de Ardennen, met twee monsterbeklimmingen rond het keerpunt: Sur Steppes en Drolenval. Tom bewaart mooie herinneringen aan deze route. Als voorbereiding op het WK in 2018 reed hij een uitgebreide variant samen met Sunweb-ploeggenoot Sam Oomen. De trainingsschema’s van beide coureurs waren in overleg met hun trainers aangepast, zodat ze samen gas konden geven. “Sam was na afloop behoorlijk afgemat en onder de indruk: die Dumoulin kan fietsen!”

Gaaf! Maar wel een gedoe, dat jullie trainingsschema’s helemaal op elkaar afgestemd moesten worden om een dagje samen te kunnen fietsen.

“Aan het begin van mijn carrière trainden profs vooral in groepjes en deden dan blokjes bergop. Tegenwoordig heeft iedereen een individueel programma. De wijze van trainen is enorm veranderd en het is er niet per se leuker op geworden.”

Houd je je ritten nog bij?

“Nee, ik log helemaal niks. De route van vandaag heb ik toevallig op mijn fietscomputer gezet, maar normaal gesproken fiets ik zonder snelheid, zonder vermogensmeter en zonder routes. Ik heb wel een Strava-account, maar daar zet ik niks op. Dat account heb ik ooit aangemaakt omdat ik een route moest maken toen ik in Zuid-Afrika ging mountainbiken.” Glimlacht: “Mijn thuisbasis op Strava is dan ook ergens in Kaapstad. Daardoor ben ik ook nog eens moeilijk te vinden op Strava.”

Dat niets bijhouden, is dat ook een reactie op het altijd maar moeten trainen met schema’s en wattages als prof?

“Ergens denk ik dat wel. Ik heb als wedstrijdrenner vijftien jaar lang alleen maar naar mijn metertjes moeten kijken. Daar ben ik echt helemaal klaar mee en dat werkt bevrijdend.”

We steken de Maas over om via een serie haarspeldbochten te klimmen naar het Land van Herve, het voorgeborchte van de Ardennen. De sfeer in het groepje is ontspannen en joviaal. Er wordt gegrapt over de drie ‘paniektrainingen’ die fietsmaatje Jaap heeft gedaan als ‘voorbereiding’ op deze rit. Smaakmaker Thomas zingt een Limburgse schlager. Jos van Emden heeft de leiding en Tom bepaalt de route. Vanaf een heuveltop zien we de eerste buien hangen. Jos checkt nog eens Buienradar. Geen regen voorspeld. “Jij hebt de betaalde versie, dus hij bij jou geeft beter weer op”, grapt Tom.

Zo te zien ben je ook gestopt met het scheren van je benen?

“Op de fiets ziet het er misschien mooier uit als je benen geschoren zijn, maar verder is er als recreant eigenlijk helemaal geen reden om je haren eraf te halen. Als prof is beenhaar niet fijn als je moet worden gemasseerd. En je kunt op beenhaar na een valpartij niet makkelijk een pleister plakken. Verder is het minder aerodynamisch. Maar dat maakt nu allemaal niks meer uit, dus ik laat het gewoon staan. Ik ben heb ook veel beenhaar, dus het is een gedoe om het er steeds af te halen. En het staat wat mannelijker.” 

Hij vervolgt dat het niet scheren ook aansluit op de boodschap die hij wil uitdragen. “Fietsen is een hoogdrempelige sport. Je krijgt als buitenstaander al gauw de indruk dat je een dure fiets moet hebben en er gesoigneerd met gladde benen op moet zitten. Mijn boodschap is: je hoeft je benen niet te scheren om een wielrenner te zijn. Je hoeft niet vier keer per week te trainen en een fiets van vijfduizend euro te hebben. Koop gewoon een ‘duizend-euro-fiets’ en begin. Ik ben nu ook die recreant die twee keer in de week fietst en weinig tijd heeft.”  

"Je hoeft niet vier keer per week te trainen en een fiets van vijfduizend euro te hebben. Koop gewoon een ‘duizend-euro-fiets’ en begin"

Na het oversteken van de Vesder wacht de eerste smeerlap van de dag: Sur Steppes, een getrapte klim vanuit Fraipont. Het is gaan miezeren. We slaan een zijstraat in, die met veertien procent omhoog loopt. Ik kan net aanklampen. Mijn vermogensmeter geeft 380 watt aan, ik zit diep in het rood. “We zijn nu op een derde”, zegt Jos als de weg afvlakt met uitzicht op het dorp en de rivier in de vallei. De moet zakt me in de fietsschoenen. Op het tweede steile stuk trekt het groepje net zo hard door. Ik probeer weer te volgen maar mijn benen ontploffen en ik sta volledig geparkeerd. Oef! Als ik zuchtend en steunend bovenkom, staan Tom en zijn kameraden te wachten. De conclusie is duidelijk: volgende klim eigen tempo. 

Rijd je weleens toertochten?

“Nee, want dan ben ik de attractie van de toertocht.” 

Je had je eigen toertocht, de Tour de Dumoulin, die na drie edities is gestopt. Heb je nog plannen om dat nieuw leven in te blazen? 

“Dat niet. Ik vond het heel leuk om dit evenement te organiseren, vooral omdat er speciale aandacht was voor het stimuleren van de jeugd. Maar de tocht moest vanwege mijn wedstrijdschema altijd begin oktober worden gehouden. En drie jaar op rij viel hij qua weer telkens op de slechtste oktoberzondag. De subsidie die we kregen, hield na drie jaar op. We moesten op eigen kracht doorgroeien, maar het deelnemersaantal bleef door het slechte weer steken op ongeveer duizend. De toertochtenmarkt is ook moeilijk. Alleen de Amstel Gold Race is nog jaarlijks uitverkocht. Daarom hebben we beslist om ermee te stoppen. En dan zul je zien: het eerste jaar waarin de tocht niet doorging, was het prachtig weer!” 

De miezer gaat over in regen. Het slechte weer heeft ons totaal verrast. De mannen besluiten de koffie en rijstevlaai bij hun vaste stop over te slaan. In plaats daarvan vullen we de bidons bij de bronnen van het bedevaartsoord in Banneux, het keerpunt van de route. We duiken de afdaling in richting Pepinster in de Vesder-vallei. “Ik had me voorgenomen om na mijn profcarrière nooit meer in de regen te fietsen, maar helaas ontkom ik er niet aan. Ook tijdens clinics hebben we een paar keer de volle laag gehad.”

De passie voor competitie en wedstrijden. Wil je daar nog gevolg aan geven met deelname aan competitieve evenementen zoals granfondo’s?

“Fietsen op de weg heb ik al op het allerhoogste niveau gedaan. Om dan hetzelfde te gaan doen op een laag niveau, door bijvoorbeeld een Marmotte te rijden, zie ik niet zitten. Dan zou ik nog eerder wedstrijden gaan rijden op de gravelbike of MTB. Bijvoorbeeld de Cape Epic in Zuid-Afrika en dan het eerste stuk voorin meerijden en mezelf laten afzakken, omdat ik de conditie niet heb, haha! Ik vind het leuk om nieuwe uitdagingen aan te gaan, net als ik heb gedaan met hardlopen (hij liep een halve marathon in 1:10:04, red). Maar één ding is zeker: zonder trainingsschema’s. Dat heb ik met hardlopen ook nooit gedaan.”

De volgende klim dient zich aan: de Drolenval, ook wel ‘het slachthuis van het Land van Herve’ genoemd. Ik weet wat me te doen staat: eigen tempo. Eenmaal boven is het nog 40 kilometer in dalende lijn naar Maastricht. Het gaat nog harder regenen, de gashendel gaat open. Vanuit La Clouse werpen we een laatste blik richting het Land van Herve. Op naar Zuid-Limburg. 

Je laatste profjaren bij Jumbo-Visma verliepen moeizaam. Terwijl Jumbo-Visma en zijn opvolgers bekendstaan als één van de ploegen met de meeste expertise en beste begeleiding. Hoe kan het dat het niet lukte?

“Ik ben iemand die autonomie nodig heeft. Dat paste niet in de benadering van Jumbo-Visma. Zij zeggen: we hebben de beste diëtisten, de beste trainers en de beste coaches. Jij bent de beste renner, dus als jij doet wat wij zeggen dan ga je winnen. Dat past goed bij een renner als Jonas Vingegaard en het zou ook goed passen bij Remco Evenepoel. Maar niet bij mij. Mathieu van der Poel zou ook niet bij hun passen. Ze hebben later ook gezegd: we zouden een renner als Dumoulin niet meer aantrekken. We waren een mismatch.”  

Moet er in het peloton meer aandacht komen voor autonomie, om sporters beter te laten presteren?

“Niet per se. Er zijn verschillende ploegen die renners autonomie geven. Maar toevallig zat ik bij twee ploegen, eerst Sunweb en daarna Jumbo-Visma, waarbij daarvoor minder aandacht was.”

Na het oversteken van de grens wordt het eindelijk droog. We beginnen aan de Piemert (max twaalf procent). “De lastigste klim van Zuid-Limburg”, zegt Jos van Emden. Ik moet wederom alles uit de kast trekken om te volgen, maar die 500 meter overleef ik wel. Dan dient Maastricht zich aan. Tom zegt zijn fietsmaten gedag en rijdt de stad in. We stoppen nog even op de bekende Sint Servaasbrug over de Maas voor het schieten van foto’s. 

"Tom wordt herkend door een Fietssport-lezer, die vraagt of hij een selfie met hem mag maken"

Tom wordt herkend door een Fietssport-lezer, die vraagt of hij een selfie met hem mag maken. Het is niet voor het eerst en zeker niet voor het laatst dat hij zo’n verzoek krijgt. Waar hij als profrenner weerstand voelde tegen al die aandacht, kan hij er nu van genieten. 

Je carrière heeft hoge pieken en diepe dalen gekend. In je boek vertel je dat je op het dieptepunt bij Jumbo-Visma doodziek en mentaal uitgeblust was. Wat heb je daarvan geleerd? Heeft het harde bestaan als topwielrenner jou als persoon ook rijker gemaakt?

“Het heeft me vooral weerbaarder gemaakt. De wetenschap dat ik diepe dalen kan overwinnen. Dat ik veel kan hebben als mens. Daardoor kan ik denk ik beter grote uitdagingen aangaan in het leven. Terugkijkend ben ik blij dat die periode nu voorbij is.” Glimlacht: “Mijn leven is nu niet meer zo spannend, en ik vind dat eigenlijk wel lekker.”

Download Tom's rondje

Ik fietste met de Grupetto Saint Pierre een lus door de heuvels van 114 kilometer (1600 hoogtemeters). Koffiestoptip: Au Vieux Tancrémont 
Rte de Tancrémont 9, 4910 Theux, België. 

Pluspunten
+ Supergoede flow
+ Prachtige landschappen
+ Verborgen parels van valleien, dorpjes en hellingen

Minpunt
- Enkele zware, steile hellingen die misschien niet voor iedereen geschikt zijn

Download de route


Bram de Vrind
Door Bram de Vrind

Gek van reizen én fietsen. Inspireert fietsers letterlijk hun grenzen te verleggen met reisverslagen op Fietssport.nl en in Fietssport Magazine.

Dit vind je misschien ook interessant