10x Tips voor je perfecte vakantie

1. Plan je bestemming zorgvuldig

Houd rekening met waar je heen gaat. Het is niet fijn als je eerst 20-30 kilometer moet fietsen, voordat je in de bergen bent. Ook is het niet handig om hoog in de bergen te zitten. Elke fietsrit afsluiten met een lange klim gaat al gauw tegenstaan. En bovendien gaat het af van je fietstijd.
 

2. Bereid je ritten thuis voor

Zorg dat je een aantal ritten thuis hebt voorbereid met behulp van een routeplanner. Zelf ben ik gek op het maken van routes; dat doe ik altijd zelf. Maar ook als je daar minder zin in hebt zijn er talloze apps zoals Komoot of Strava waar je routes kunt downloaden. Ik verken vooraf ook routes via Google Streetview.



Ik zorg er altijd voor dat ik routes van verschillende afstanden voorbereid heb. Mooie rondes van een hele dag, maar ook heen-en-weertjes naar hellingen in de buurt. En alles wat daartussen zit. Zo heb ik voor elke situatie de juiste route. Als ik bijvoorbeeld in de middag thuiskom van een activiteit stap ik graag nog even een paar uurtjes op de fiets om de lokale col te verkennen.
 

3. Maak afspraken met je gezin

Je gaat met je gezin op vakantie, je bent dus met meerdere mensen. Jouw fietspassie is wellicht een belangrijk onderdeel van je vakantieplezier. Spreek dit uit en maak afspraken. Wij zelf houden van actieve vakanties met uitstapjes en bergwandelen. Na twee of drie dagen actief bezig zijn wil mijn vrouw vaak een rustdag. Dat zijn voor mij de dagen dat ik er een dag op uit kan.

Maar natuurlijk werkt het bij elk gezin weer anders. Wees flexibel in je planning. Vooraf afspreken dat je op een bepaalde dag gaat fietsen is niet handig. Als het dan regent, baal je als een stekker.

4. Zorg voor een goed verzet

Het klinkt als een open deur, maar je zal de eerste niet zijn die zich verkijkt op de zware berghellingen. Oefenen in Limburg is prima, maar de hellingen zijn niet te vergelijken met het hooggebergte. Je rijdt in de Alpen zo maar twee of drie kransjes lichter. Gebruik een compact en monteer achter een bergverzet. Twijfel je bijvoorbeeld tussen een grote krans achter van 28 of 32 neem dan altijd de grootste. Het ergste dat er kan gebeuren is dat je 'm niet nodig hebt.

5. Neem gereedschap en reserve-onderdelen mee

Je bent een tijdje van huis. Zodra je gaat fietsen, kun je voor onverwachte mankementen komen te staan. Een fietsenmaker bezoeken is zonde van je tijd en niet leuk voor je gezinsleden. Zorg dat je zelf de meest gangbare reparaties kunt uitvoeren en neem reserve- en onderhoudsmateriaal mee. Extra binnenbanden, buitenbanden, CO2-patronen indien noodzakelijk, remblokjes, kettingolie, etc. En natuurlijk gereedschap, een pomp en poetsmiddelen.
 

6. Laat weten waar je bent

Je gaat naar onbekend gebied. De kwaliteit van de wegen, de verkeerssituaties en de afdalingen zijn onbekend. Als je hulp nodig hebt is het handig als je partner enig idee heeft waar je bent. Je kunt het ter plekke uitleggen, maar ben je daartoe in staat?

Wij hebben afgesproken dat ik alleen fietsend op pad ga. Als ik de auto meeneem, is mijn vrouw niet meer in staat mij op te halen. Ze kan dan sowieso geen kant meer op.

Als je een fietscomputer hebt met live tracking is het ook handig om dit te gebruiken. Je kunt hier ook WhatsApp, Zoek mijn iPhone of de Strava-app voor gebruiken. Houd er wel rekening mee dat je niet overal in de bergen even goed bereik hebt met je telefoon.

7. Bestudeer het weer voor je op pad gaat

Niets is zo veranderlijk als het weer in de bergen. Ook bij hitte in het dal kan het op een col ijzig koud zijn. Het weer kan per dal verschillen en bovendien kan het in enkele uren snel omslaan. Bestudeer het weer vooraf en neem onder alle omstandigheden een goed regenjack mee. Of een windstopper en armstukken. Doktershandschoenen komen in noodsituaties ook goed van pas. Houd er rekening mee dat de weersvoorspelling niet altijd even betrouwbaar is. Onderkoeling is gevaarlijk.

8. Neem voldoende eten en drinken mee onderweg

Een van de belangrijkste aandachtspunten is dat je onderweg zelfvoorzienend moet zijn qua eten en drinken. Neem genoeg voeding mee voor onderweg. Bij twijfel een extra reepje in je zak steken is gewoon een goed idee. Winkels en restaurants zijn niet altijd aanwezig of geopend. Een klim naar het volgende dorp kan veel langer duren dan gepland. Zeker als het heet is, kun je in no time door je watervoorraad heen raken. Gebruik daarom elke dorpsfontein om je bidons bij te vullen. In het hooggebergte kun je ook water uit de bergen drinken.

9. Zorg voor verlichting op je fiets

Als je in het hooggebergte gaat fietsen ontkom je niet aan tunnels. Die kunnen lang en slecht verlicht zijn. Als het tegenzit, loopt de weg ook nog op. Auto’s in een tunnel maken enorme herrie en de kans dat je schrikt is niet ondenkbeeldig. Met alle gevolgen van dien.



Zorg daarom altijd dat je voor- en achterverlichting op je fiets hebt. Kleine, simpele lampjes van de Hema of bouwmarkt. Die monteer je aan je stuur en zadelpen. Ververs voor de vakantie de batterijen. Gezien worden geeft een veilig gevoel. Het levert mij in ieder geval een hoop fietsplezier op. Bovendien is verlichting in veel landen gewoon verplicht. Sowieso is het goed om de lokale regelgeving even te bestuderen. Zo is rijden met oortjes in veel landen, waaronder Frankrijk en Spanje, verboden.
 

10. Geniet vooral

Je komt waarschijnlijk in een omgeving waar je niet snel terugkomt. Je vakantie als trainingskamp beschouwen en elke col een PR neerzetten is natuurlijk prima als je dat leuk vindt. Zelf kies ik er vooral voor om relaxt te fietsen en te genieten. Ik maak dan ook veel foto’s onderweg. Die hoogtemeters maak ik toch wel. Ondanks dat ik zelden heel diep ga, kom ik altijd een stuk sterker uit de vakantie. En van de foto’s heb ik nog jarenlang plezier.



Tekst: Herman Nekkers 
Beeld: Bram de Vrind