• Routes + Reizen
  • Gewijzigd op 4 februari 2021

Beklim de Bergische bergen

Met een afwisselend landschap van vakwerkdorpen, stuwmeren, naaldbossen, weides, hellingen en glooiende wegen is het Bergisches Land bij Keulen een aantrekkelijke bestemming voor een racefietsweekend. Ideaal voor zowel rasklimmers als hardrijders.
Beklim de Bergische bergen
Beklim de Bergische bergen

We klimmen vanuit een schaduwrijk beekdal langs vakwerkhuizen en glooiende velden, schakelen op de heuvelrug naar het grote blad en duiken een afdaling in die slingert door een bos. De beklimmingen zijn niet te lang en steil, zodat we het tempo hoog kunnen houden. De wegen zijn breed en van goed asfalt. We beginnen ons fietsweekend in het Bergisches Land op een parkoers met heerlijke flow.

De drinkbak van Keulen

De autoreis vanuit Den Bosch naar de streek ten oosten van Keulen duurde inclusief tussenstops zo'n drie uur. Dat gaf ons genoeg tijd geeft om de eerste dag al een ronde te maken. We hebben de routes gedownload van de website van het VVV van het Bergisches Land en rijden als lostraproute de 'Rennradstrecke Kürten – Odenthal'. Die voert over een glooiend parkoers van 50 km met 750 hoogtemeters rond het stuwmeer van de Grosse Dhünntallsperre. De streek telt maar liefst twaalf stuwmeren en wordt ook wel de drinkbak van Keulen genoemd.

"De komende dagen zullen we routes van rond de 100 km fietsen"

De komende dagen zullen we routes van rond de 100 km fietsen in het spoor van Rund um Köln, de regionale wielerklassieker die elk jaar in juni wordt verreden. De wedstrijd kent ook een cyclosportieve voor recreanten. Start en finish is in hartje Keulen en je kunt kiezen uit routes van 67 of 127 km met 1000 hoogtemeters. Met als hoogtepunten de kasseienhelling naar Schloss Bensberg en de gevreesde Agathaberg (maximaal 27%).

Wielerfanaat

We slapen in Hotel Lüdenbach in Overath, een fietsvriendelijk familiehotel met faciliteiten zoals een stallingsgarage en afspuitplaats voor je fiets. Als je de fiets liever in de kamer zet, geen probleem. Wat heet: mede-eigenaar Michael Lüdenbach is wielerfanaat en fietst de komende dagen met ons mee. Michael werkt in de middagen en avonden in het familiebedrijf. “Als hij 's morgens niet kan sporten, is hij niet vrolijk”, grapt een van zijn medewerkers.

"De heuvels halen er een hoogte van circa 400 meter"

Tobias Kelter, oud-amateurwielrenner en werkzaam bij het VVV, is onze tweede gids. De wielerregio is minder bekend dan de Eifel en het Sauerland, maar op krap anderhalf uur van de grens bij Venlo net zo goed bereikbaar. De heuvels halen er een hoogte van circa 400 meter en de beklimmingen een lengte tot zo'n 3 km. De hellingen zijn veelal lopers, wat de streek aantrekkelijk maakt voor zowel de rasklimmer als hardrijder die een paar kilootjes extra omhoog moet slepen. Niet voor niets werd Rund um Köln meermaals gewonnen door sprinters die ook een aardig eindje kunnen klimmen, zoals Michael Matthews, Sam Bennett en Dylan Groenewegen.

Klimmen en dalen

We fietsen door een landschap dat is gesegmenteerd als een Bergisch vakwerkhuis. Groene beekdalen, imposante stuwmeren, glooiende schapenweides, sissende korenvelden, bosrijke hellingen en vakwerkhuizen met groene luiken wisselen elkaar af. We klimmen naar een Christusbeeld onder de beschutting van een boom en dalen door een geurend dennenbos naar het stuwmeer Bevertalsperre, waar zeilboten dobberen en toeristen peddelsurfen. 

We rijden kop over kop, trekken door over een glooiing en slaan rechtsaf naar een vermakelijke afdaling waarin we de bochten met hoge snelheden aansnijden. Michael rijdt onvermoeibaar lange kopbeurten, met zware tred en wiegend bovenlichaam. Bergop wordt hij tien keer gelost, maar komt net zo vaak terug. Met zijn sterke aflossingen blijkt ook Tobias het wielrennen niet verleerd. 

De Agathaberg

Het is continu stijgen en dalen (we maken per 100 km tot 1500 hoogtemeters), maar echte killers van hellingen komen we niet tegen. Hoewel… Als we ten zuiden van het stadje Wipperfürth langs de boerderij Großscherkenbach klimmen, wacht een (on)aangename verrassing: de Agathaberg. Een landweg loopt loodrecht omhoog langs de rand van een weide. “Moeten we hier omhoog?”, vraagt reisgenoot Maarten vol ongeloof. We schakelen terug naar het kleine blad om te voorkomen dat we omvallen en rijden in de overlevingsstand omhoog.

"We kruipen verder met steeds weidsere uitzichten"

De helling tikt 27 procent aan en vlakt dan iets af. We kruipen verder met steeds weidsere uitzichten over weides, bossen, kronkelende wegen en een spitse kerktoren en draaiende windmolens aan de horizon. Bij een voetbalveldje vlakt de helling eindelijk af. We passeren de streep van de 'Bergwertung' (het bergklassement) in Rund um Köln en bereiken met 372 meter het hoogste punt van de wedstrijd. 

Kinderkopjes

De volgende morgen volgt nog een scherprechter uit de wielerklassieker: de kasseienklim naar Schloss Bensberg (175 meter hoogte). De klim is ongeveer een kilometer lang, maar het stukje met 'Kopfsteinpflaster' slechts 200 meter. We rijden in de spaarstand door het dorp om over te houden voor de kasseien. Dan zien we de kinderkopjes liggen. Tobias kiest de stoep, terwijl ik zwoeg op de steentjes. Mijn achterwiel slipt; de kasseien liggen spekglad zelfs nu het droog is.

We klimmen naar de poorten van het barokke kasteel, terwijl twee adelaarsbeelden over ons heen kijken. We klikken uit op het plein en kijken uit over de bekende Kölner Dom die exact in het verlengde van het kasteel ligt. Waar deze klim het laatste obstakel is voor de coureurs en recreanten in Rund um Köln, zit ook ons fietsweekend er bijna op. Tobias stelt voor om nog even gas te geven voordat we bij het hotel een Kölsch bier als beloning drinken: “Knalli galli nach Hause!”

Trap voor meer info naar www.dasbergische.de

Bram de Vrind
Door Bram de Vrind

Gek van reizen én fietsen. Inspireert fietsers letterlijk hun grenzen te verleggen met reisverslagen op Fietssport.nl en in Fietssport Magazine.

Dit vind je misschien ook interessant