• Toertochten
  • Gewijzigd op 19 juni 2024

Grenzen verleggen tijdens Kop over Kop

"Op een zaterdagavond, begin oktober, in een regenachtig Drenthe zet ik de laatste racefiets in de bewaakte fietsenstalling. Morgen is het zover: 100 km tijdrijden met vijf renners. We mikken op een gemiddelde snelheid van 35 km/uur, een PR."
Grenzen verleggen tijdens Kop over Kop

Op 8 oktober organiseerde Red Bull de derde editie van de tactische ploegentijdrit Kop over Kop. Fietssport vaardigde dit jaar voor het eerst twee teams af naar het Drentse Roden. Niet om een podiumplek te bemachtigen, maar om grenzen te verleggen. Sneller en beter fietsen dan je ooit gedaan hebt. En of er grenzen verlegd werden! Onder leiding van kopmannen Bart en Richard werden prachtige tijden neergezet. Wij volgden het Fietssport team uit Nijmegen in de voorbereiding.

Trainen geblazen

De voorbereiding startte een half jaar geleden. Vijf twintigers, voetballers van ‘beroep’, schrijven zich in voor Kop over Kop. “100 kilometer hebben we allemaal wel eens gefietst, maar niet met een gemiddelde van 35 in het uur”, vertelt kopman Bart. “Daarnaast liet de techniek en de inhoud nog te wensen over.”

 

NTFU-trainer Paul van Dam ging met de ploeg aan de slag om ze op tijd klaar te stomen voor de tijdrit. Er werd bij de basis begonnen: remmen, bochtjes maken en in het wiel fietsen. Cruciale vaardigheden als je kort achter elkaar fietst en op elkaar moet vertrouwen. Één foutje en je ligt met de hele ploeg in de berm.

 

Na de opfriscursus bochten rijden en remmen werd er specifiek aandacht besteed aan het kop- over- kop-rijden, een techniek om energie te besparen en uiteindelijk een snellere tijd neer te zetten. Hoe werkt het? Nou, je vormt allereerst een treintje. Alle renners achter elkaar. Vervolgens wissel je continue van positie, zodat de voorste renner zo min mogelijk wind ‘vangt’ en er weinig energie verloren gaat. “Een goed geoliede machine wisselt continue door en verspilt op die manier zo min mogelijk energie”, stelt Paul.

Makkelijker gezegd dan gedaan natuurlijk. Een goedlopende trein vergt behoorlijk wat trainingsuurtjes en opperste concentratie van de renners. Het was dus trainen geblazen!

Eerste tijdrit? Lees onze 5x tips voor tijdrijden

De race

“Met een afgeladen bus vol fietsen, helmen, sportvoeding en bidons vertrekken we op zaterdag richting Drenthe. Dan kunnen we de fietsen alvast op de juiste tussenpunten stallen en wennen aan het Drentse klimaat”, grapt Bart. Vervolgens vroeg onder de wol en dromen van een mooie tijd.

Na een stevig ontbijt vertrekken de Stoemper, Klimmer, Meesterknecht en Sprinter met de bus naar de verschillende posten. Daar is het wachten op de start van de Kopman. Iets voor half 11 wordt Bart van het podium ‘geschoten’. De eerste kilometers gaan razendsnel: 37,5 km/u. Met tegenwind. De andere renners volgen de verrichtingen via de grote schermen op de tussenpunten. Na 20 km is het de beurt aan Stoemper Michiel. Het tempo blijft onverminderd hoog. We passeren ondertussen verschillende teams die met pech langs de kant van de weg staan. Veel modder, grind en takjes op dit deel van het parcours, wat zorgt voor lekke banden. Niet bij ons. De Grand Prix 4000 bandjes die standaard onder onze Merida’s liggen, rollen perfect en zijn goed bestand tegen een stootje. 

 

Doorbijten

Wanneer we door het Friese Appelscha fietsen haakt Yannick, de derde renner, aan. Omdat de route van richting verandert, fietst de driepersoonstrein een stuk tegen de wind in. Dat kost kracht. Het Drentse landschap is vlak en relatief kaal. De wind heeft daardoor vrijspel en de snelheid zakt iets.

Veertig kilometer voor het einde haakt Meesterknecht Niko aan. Hij bevoorraadt de ploeg en houdt de renners de eerste kilometers uit de wind. Terwijl het energiepeil langzaam zakt, haakt Sprinter Jesper ‘de Kuit’ Remmen aan. Hoewel de naam anders doet vermoeden, trapt Jesper nog een keer goed op de staart. De ploeg – of eigenlijk alleen de Kopman – kraakt, maar breekt niet. De laatste tien kilometer zijn loodzwaar. Puffend en kreunend probeert iedereen bij elkaar in het wiel te blijven. Wanneer het plaatsnaambordje Roden in zicht komt, komen er hernieuwde krachten boven. Nog één keer alles geven om in sneltreinvaart over de finish te komen. De eindttijd: 2 uur, 54 minuten en 37 seconden. Een gemiddelde van 35,3 km/u. Een prachtige prestatie die smaakt naar meer: “volgend jaar zijn we er weer bij.”

De winnaars

Na de eerste training was één ding duidelijk: ons Fietssport- team ging de echte toppers niet bedreigen. Dat voorgevoel was terecht. De winnaars van Kop over Kop – de Utrechtse studentenvereniging USWV de Domrenner – finishten in 2 uur en 13 minuten met een gemiddelde snelheid van ruim 45 kilometer per uur. Bij de dames won het team Jan van Arckel met een gemiddelde van 39. 

Tips: Red Bull, beeld: Bram Barkien

Redactie Fietssport
Door Redactie Fietssport

Redactie Fietssport

Dit vind je misschien ook interessant