• Overig
  • Gewijzigd op 23 oktober 2024

Column Bram Tankink: de fiets als meditatiemachine

Bram Tankink is oud-profwielrenner. Tegenwoordig organiseert hij toertochten en verkent de mooiste paden op de gravelbike. In zijn column voor Fietssport verhaalt hij over zijn avonturen. Dit keer over geloven, offeren en de pijn omarmen.
Column Bram Tankink: de fiets als meditatiemachine
Column Bram Tankink: de fiets als meditatiemachine
“Mooi kerel, je hebt het gehaald!” “Pfff, ik denk dat ik nooit weer doe. Man man, wat een afstand.” Ik moet erom lachen. In de winter maakte ik Tom Leezer gek voor deelname aan de loodzware graveltocht The Traka 360. Nu staan we samen uit te puffen aan de finish. Nooit weer, is Toms gevoel na de finish. Maar nog dezelfde avond krijg ik van hem een berichtje dat begint met: “Volgend jaar…” 

Je moet iets haten om het lief te hebben, of iets liefhebben om te kunnen haten. De Tour de France bracht me op die gedachte. Ik wilde er altijd graag naartoe, maar ik stelde mezelf na vijf dagen Tour weleens de vraag: wat doe ik hier eigenlijk? Afzien, vallen en pijn, jezelf over die bergen sleuren, de hitte. Haatte ik het? Nee, ik mis het met liefde. Echter in de Tour heb je nog een aantal externe factoren, zoals toeschouwers, media, contracten enzovoort die je mening beïnvloeden. Als je die factoren wegneemt kom je bij de ultra’s. Het pure zijn, geloven, avontuur, jezelf haten en liefhebben.

"Fietsen is geloven, offeren en de pijn omarmen; haat en liefde samenbrengen en je daarmee verzoenen"

Twee maanden later staat Tom aan de start van de Borderride400, een tocht van 440 kilometer tussen grenspaal 369 in Cadzand-Bad en grenspaal 1 op het Drielandenpunt. Wielrenners zijn een bijzonder soort mensen. En dan heb ik het over de categorie wielrenners die altijd hun grenzen willen opzoeken. De wielrenners die haat en liefde met elkaar verbinden. Dat zijn de renners waarmee ik me identificeer. Ik geniet ervan om het tijdens de Borderride400 als organisator allemaal te mogen aanschouwen. Het is of lachen of huilen.

Bij de finish hoor ik vaak twee soorten reacties. “Ik heb zo afgezien, maar volgend jaar dan…” Of: “Nooit weer.” Waarop ik zeg: “Geef het een dag, het moet landen.” Een aantal deelnemers trekt door naar andere ultrafietstochten. Ik volg Laurens ten Dam tijdens de Great Divide dwars door Amerika. Het jeukt, het trekt me, ik maak stiekem plannen in mijn hoofd. 

Karsten Kroon probeert me er vaak van te overtuigen om te gaan mediteren. Ik heb het gedaan, maar trek telkens de conclusie: heb je dat nodig als je ook de fiets hebt, een meditatiemachine? Fietsen is geloven is offeren, is leven en de pijn omarmen, is haat en liefde samenbrengen en je daarmee verzoenen. Fietsen is de ultieme staat van zijn die tot volle glorie komt tijdens de grootste uitdagingen. En of dat nu in de Tour is, of in een ultra of tijdens een gran fondo. Als je haat en liefde in 24 uur bij elkaar kunt brengen heb je de ultieme staat van zijn gevoeld en gezien en weet je dat je bestaat. En dat vraagt steevast naar meer.
 
 
Redactie Fietssport
Door Redactie Fietssport

Redactie Fietssport

Dit vind je misschien ook interessant