• Routes + Reizen
  • Gewijzigd op 26 juni 2024

Top 10 Franse beklimmingen die je gedaan moet hebben

De Tour de France staat weer voor de deur. Drie weken wielerspektakel en oogverblindende beelden van de Franse bergen. Is er wat mooiers te bedenken? Zelf cols beklimmen uiteraard. Daarom deze top-10 van Franse beklimmingen die je gedaan moet hebben!
Top 10 Franse beklimmingen die je gedaan moet hebben
Top 10 Franse beklimmingen die je gedaan moet hebben

L’Alpe d’Huez’(1840 m)

De Hollandse berg mag natuurlijk niet ontbreken in deze lijst. In de Tourgeschiedenis werd dit skioord 32 keer aangedaan. In 1979 lag hier op twee achtereenvolgende dagen de finishlijn en in 2013 was er een dubbele beklimming in één etappe.

Vanuit Le Bourg-d’Oisans start de klassieke klim. De eerste 3 kilometer tot het dorpje La Grave zijn verschrikkelijk lastig met stukken van 12%. Daarna vlakt het wat af, maar makkelijk wordt het nooit. De 21 genummerde bochten bevatten een vermelding van de vroegere etappewinnaars. Tot het einde toe is het lastig. Zodra je het dorp in rijdt kun je afklokken vlak voor het viaduct of doorrijden.

De alternatieve route vanuit Rochetaillée loopt via de Pas de la Confession. Deze is niet zo fameus, wel mooier en ook wat makkelijker. Op de kamweg heb je een magnifiek uitzicht over het dal. Uiteindelijk kom je op de grote weg richting L’Alpe d’Huez in bocht 6. Een aanrader.

  • Start: Le Bourg-d'Oisans / Lengte:  13,4 km / Hoogtemeters: 1118 m/ Gem percentage: 8,3% / Max percentage: 12%
  • Start:  Rochetaillée / Lengte:  21,4 km / Hoogtemeters: 1245 m / Gem percentage: 5,3% / Max percentage: 11%

Col d’Aubisque (1709 m)

In Nederland zal de Aubisque voor eeuwig verbonden zijn aan Wim van Est, in 1951 de eerste Nederlander in de gele trui. Een dag later duikelde hij metersdiep het ravijn in en kwam er met slechts wat lichte schrammen vanaf.

"Een dag later duikelde hij metersdiep het ravijn in"

De bekendste kant is vanuit Argèles-Gazost over de Col du Soulor. Een lange aanloop leidt naar de lastige klim van de Soulor. Over de top is een korte afdaling, waarna het verder klimt via een geweldig mooie route naar de Aubisque.

Vanuit Laruns is het ook heel erg mooi klimmen. Deze is rechttoe-rechtaan. De laatste 10 kilometer zijn lastig, het landschap wordt steeds meer open.

Asson is de start van de minst aantrekkelijke route. 16 kilometer rij je vrijwel vlak door een niet bijster interessant landschap. Dan volgt de lastige klim van de noordkant van de Col du Soulor. Daarna volgt dezelfde route als vanuit Argeles-Gazost.

  • Start: Argelès-Gazost via Col du Soulor / Lengte: 28,9 km / Hoogtemeters: 1391 m / Gem percentage: 4,3% / Max percentage: 11%
  • Start: Laruns / Lengte: 17,1 km / Hoogtemeters: 1205 m / Gem percentage: 7,0% / Max percentage: 13%
  • Start: Asson via Col du Soulor / Lengte: 37,7 km / Hoogtemeters: 1532 m / Gem percentage: 3,7% / Max percentage: 10%

Col de l’Iseran (2770 m)

Een col is het laagste punt tussen twee bergen. Er zijn veel varianten: van beide kanten verhard, eenzijdig verhard, helemaal niet verhard. Fietsers hebben het meestal over een weg die van twee kanten geasfalteerd is. De Col de l’Iseran de hoogste col van Europa.

De Tour heeft niet altijd geluk gehad hier. In 1996 werd de beklimming geschrapt vanwege sneeuw. In 2019 werd de etappe gestaakt vanwege een overstroming, net nadat de renners de top waren gepasseerd.

Vanaf de noordkant is Bourg-Saint-Maurice de startplaats. De klim is verschrikkelijk lang en valt te verdelen in verschillende stukken: een vlakke aanloop, enkele kilometers redelijk eenvoudig klimmen en een vlak stuk met tunnels tot aan Val d’Isère. Vanaf hier wordt het echt mooi. Nergens heel steil, maar de lengte en hoogte ga je zeker voelen. De laatste kilometers zijn een waar maanlandschap.

"De omgeving is adembenemend en uitgestorven"

Vanuit Lanslebourg heeft de klim een ander karakter. Korter, steviger, maar minder uitputtend. Eerst een matige klim, dan een lang vlak middenstuk en tot slot een zware klim van 13 kilometer. De omgeving is adembenemend en uitgestorven.

  • Start: Bourg-Saint-Maurice / Lengte: 46,9 km / Hoogtemeters: 2045 m / Gem percentage: 4,2% / Max percentage: 10%
  • Start: Lanslebourg / Lengte: 31,9km / Hoogtemeters: 1481 m / Gem percentage: 4,3% / Max percentage: 13%

Col du Grand Colombier (1498 m)

De Grand Colombier ligt in de zuidelijke Jura. Pas in 2012 maakte deze klim zijn opwachting in de Tour, ook in 2023 staat hij op het menu. In 2020 moest regerend Tourwinnaar Bernal lossen en verloor de kans op de eindzege.

Geen enkele kant is makkelijk, allemaal bevatten ze stukken boven de 10%.

De Artemare-kant is werkelijk bizar steil. Een kilometer boven de 15% maken het tot een van de zwaarste beklimmingen van Frankrijk. Maar ook daarvoor en daarna is het worstelen tegen de zwaartekracht.

De kant vanuit Culoz is wellicht de mooiste met heel veel haarspeldbochten vlak achter elkaar en een schitterend uitzicht over het dal. Ook Anglefort en de Artemare via Lochieu zijn buitengewoon uitdagend.

  • Start: Artemare / Lengte: 15,4 km / Hoogtemeters: 1243 m / Gem percentage: 8,1% / Max percentage: 18,2%
  • Start: Culoz / Lengte: 17,7 km / Hoogtemeters: 1261 m / Gem percentage: 7,1% / Max percentage: 14,2%
  • Start: Anglefort / Lengte: 15,4 km / Hoogtemeters: 1217 m / Gem percentage: 7,9% / Max percentage: 14,2%
  • Start: Artemare via Lochieu / Lengte: 21,0 km / Hoogtemeters: 1277 m / Gem percentage: 5,9% / Max percentage: 13,1%

La Planche des Belles Filles (1146 m)

Ver voordat La Planche in 2014 zijn opwachting maakte in de Tour de France wisten de wielertoeristen al dat dit een extreem taaie uitdaging is. De klim was al jaren vaste finishlocatie van de cyclo Les 3 Ballons.

Het is de enige doodloper in deze lijst. Het landschap is niet extreem interessant, de wielerhistorie en uitdaging wel. Oorspronkelijk was de klim 5 kilometer lang, maar in 2014 werd er een kilometer aan toegevoegd met een gemeen slot. Later kwam er zelfs nog een kilometer onverharde weg bij met een compleet krankzinnig stuk van 24%. La Super Planche des Belles Filles.

In 2020 vond hier de historische ontknoping plaats van de Tour toen Pogacar in de tijdrit Roglic versloeg. Tot nu toe is de klim nog maar vijf keer onderdeel geweest van het Tourparcours, maar gezien de cultstatus zullen er nog vele volgen de komende jaren.

  • Start: Plancher-les-Mines / Lengte: 7,0 km / Hoogtemeters: 619 m / Gem percentage: 8,8% / Max percentage: 24%

Col de la Bonette-Restefond/Cime de la Bonette (2802 m)

De Bonette is de hoogste geasfalteerde weg van de Alpen. Er is een Col de la Bonette die op 2715 meter ligt. Vanaf hier vertrekt echter nog een panoramaweg om de markante bergtop Cime de la Bonette, een geforceerde poging om de hoogste weg van de Alpen te creëren op 2802 meter. Ook de naam is onduidelijk, soms wordt Col de la Bonette-Restefond gebruikt en soms Cime de la Bonette.

"Reken op stukken van ruim boven de 10%"

De noodkant vanuit Jausiers is de mooiste kant vanwege de landschappelijke variatie. Onderin rij je nog tussen de bomen, maar hoe hoger je komt hoe kaler het landschap. De lengte en hoogte putten je uit. De vergane Casernes de Restefond op 2600 meter liggen er desolaat bij in het landschap zonder enige begroeiing. Hou wat over, want de panoramaweg vergt het uiterste. Reken op stukken van ruim boven de 10%.

De zuidkant is qua zwaarte vergelijkbaar. Het landschap is minder afwisselend en kaler. Je rijdt door compleet verlaten dorpjes. Je kunt je echt eenzaam voelen. Maar ook deze kant is een avontuur van jewelste.

Van beide kanten is de Bonette magnifiek.

  • Start: Jausiers / Lengte: 23,2 km / Hoogtemeters: 1586 m / Gem percentage: 6,5% / Max percentage: 15%
  • Start: Saint-Etienne-de-Tinée / Lengte: 25,4 km / Hoogtemeters: 1658 m / Gem percentage: 6,5% / Max percentage: 15%

Col du Tourmalet (2115 m)

De Col du Tourmalet behoeft waarschijnlijk geen introductie. Het is de meest beklommen col in de Tour. 85 keer maar liefst is de Tourmalet opgenomen in het parcours, ook in 2023.

En ook nog 3 keer in de Vuelta waaronder de finish van etappe 13 dit jaar.

De westkant vanuit Luz-Saint-Sauveur is de populairste kant, omdat het Vallée de Gavarnie een mooie uitvalsbasis voor een fiets- of gezinsvakantie. Dit is de mooiste kant. De klim is gelijkmatig en niet extreem lastig. De omgeving is adembenemend. Alleen de laatste anderhalve kilometer zijn heel taai.

In Sainte-Marie-de-Campan staat een bronzen beeld van Eugène Christophe, held uit een van de mooiste wielerverhalen ooit. Vanuit hieruit is de klim lastiger. De eerste 4 kilometer zijn nog vrij eenvoudig, maar daarna is het 13 kilometer harken. De vele tunnels en het lelijke skidorp La Mongie maken deze kant minder mooi.

  • Start: Luz-Saint-Sauveur / Lengte: 18,9 km / Hoogtemeters: 1404 m / Gem percentage: 7,4% / Max percentage: 12%
  • Start: Sainte-Marie-de-Campan / Lengte: 17,1 km / Hoogtemeters: 1267 m / Gem percentage: 7,4% / Max percentage: 11%

Col de la Loze (2304 m)

“Dit is de beklimming van het moderne wielrennen”, aldus Christian Prudhomme. De Col de la Loze is misschien wel de meest bijzondere klim van deze hele serie. Er zijn twee kanten: Via Meribel en via Courchevel. Meribel is zonder meer de lastigste, die zat ook in de Tour van 2020 en van dit jaar.

Vanuit Brides-les-Bains klim je eerst 15 kilometer naar skioord Meribel over een brede weg. Gemiddeld 6 tot 9 procent. De laatste kilometers zijn geheel autovrij, een fietspad op 2000 meter hoogte. Aangelegd door bestaande mtb-paden te asfalteren om zodoende het fietstoerisme te bevorderen.



De gemiddelde kilometerpercentages zeggen niets meer, want het is bij vlagen extreem steil. Stukken boven de 20% worden afgewisseld door korte afdalingen. De andere kant via Courchevel kent een vergelijkbaar verloop. Het autovrije deel is van deze kant iets minder extreem.

"Dit is met afstand de moeilijkste klim van Frankrijk"

Iedereen die de Col de la Loze heeft gereden is het erover eens: dit is met afstand de moeilijkste klim van Frankrijk.

  • Start: Brides-les-Bains via Meribel / Lengte: 22,5 km / Hoogtemeters: 1719 m / Gem percentage: 7,6% / Max percentage: 20%
  • Start: Brides-les-Bains via Courchevel / Lengte: 26,5 km / Hoogtemeters: 1719 m / Gem percentage: 6,5% / Max percentage: 16%

Col du Galibier (2642 m)

“Welke klim is zwaarder? De Galibier of de Mont Ventoux?” Geen makkelijke vraag en de antwoorden zullen fifty-fifty verdeeld zijn.

De Galibier is alleen bereikbaar via een andere col. De noordkant loopt via de Col du Télégraph, dit is de klassieke en moeilijkste kant. Feitelijk is de Télégraph-Galibier één klim, want het tussenstuk is te kort om te herstellen. De Télégraphklim is 12 kilometer lang gelijkmatig klimmen, gemiddeld 7%. Tijdens de korte afdaling (5 km) kun je even op adem komen.

Vanuit Valloire is het nog 18 kilometer naar de Galibier, waarvan vooral de laatste 8 moordend zijn. Hier komt het nauwelijks onder de 10%. Met de lange klim in de benen en de hoogte word je compleet uitgeperst.

De zuidkant is bereikbaar via de Col du Lauraret. Zowel de routes vanuit Le Clapier als Briançon kennen een relatief eenvoudige aanloop tot de Lautaret. Hier start de pittige klim richting de Galibier. Vooral de laatste kilometer is heel lat.

  • Start: Saint-Michel-de-Maurienne / Lengte: 35,1 km / Hoogtemeters: 2095m / Gem percentage: 5,5% / Max percentage: 11,3%
  • Start: Briançon / Lengte: 36,4 km / Hoogtemeters: 1461 m / Gem percentage: 4,0% / Max percentage: 11,8%
  • Start: Le Clapier / Lengte: 42,7 km / Hoogtemeters: 2001 m / Gem percentage: 4,4% / Max percentage: 11,8%
Lees meer over de Col du Galibier, de mythische koning van de Franse Alpen.

Mont Ventoux (1912 m)

De Mont Ventoux is veruit de bekendste klim van Frankrijk. Zelfs niet-fietsers kennen de naam en reputatie. De Tour kwam achttien keer langs, waaronder een dubbele passage in 2021.

"De historie van de Ventoux is vol dramatiek"

De historie is vol dramatiek: Tommy Simpson sterft tijdens een etappe (1967); Eros Poli, een niet-klimmer begint met 16:10 minuten voorsprong aan de klim en houdt er uiteindelijk nog 4 over. Hij wint de etappe in Carpentras (1994); Pantani en Armstrong rijden samen de Ventoux op. Pantani wint, Armstrong zegt dat hij de winst heeft weggegeven (2000); Froome rent de Ventoux op, omdat hij geen nieuwe fiets aangereikt kan krijgen (2016).

De Ventoux kan van drie kanten beklommen worden. Bédoin is de klassieke kant. De aanloop is redelijk mild, maar daarna volgen 10 zware kilometers door het bos. Continu boven de 10% en vrijwel rechtuit. Bij Chalet Reynard is het even wat vlakker, voordat de lastige 6 kilometers door het beroemde kale maanlandschap worden afgelegd.

Vanuit Malaucène is het nauwelijks makkelijker. De aanloop is pittig, gevolgd door een wat vlakker stuk. Het lastigste gedeelte zijn 4 kilometer met stukken tot 15%. Bij het skistation Mont Serein begint het maanlandschap, maar dan van de andere kant.

Sault is het kleine broertje. Langer en minder hoogtemeters. Bij Chalet Reynard komt de weg samen met de Bedoinkant.

Wie de Mont Ventoux van alle drie de kanten in één dag oprijdt mag zich cinglé de Mont Ventoux noemen.

  • Start: Bédoin / Lengte: 21,4 km / Hoogtemeters: 1603 m / Gem percentage: 7,5% / Max percentage: 12,9%
  • Start: Malaucène / Lengte: 21,1 km / Hoogtemeters: 1583 m / Gem percentage: 7,5% / Max percentage: 12,7%
  • Start: Saul / Lengte: 25,6 km / Hoogtemeters: 1216 m / Gem percentage: 4,5% / Max percentage: 12,9%

Tekst: Herman Nekkers

Redactie Fietssport
Door Redactie Fietssport

Redactie Fietssport

Dit vind je misschien ook interessant