Test: Canyon Ultimate CF SLX

De allemansvriend wordt in de Dikke Van Dale omschreven als ‘mens, dier zonder vijanden’. In negatieve zin wordt de allemansvriend ook wel getypeerd als een meeloper, iemand die met alle winden meewaait. Hoe zit het met de Canyon die we testen: is het een alleskunner of een fiets waarbij het op alle vlakken ‘net niet’ is?

De Ultimate is al jaren een begrip. De ‘klimfiets’ van Canyon is de lichtere tegenhanger van de aerodynamische Aeroad. Mathieu van der Poel switcht tussen de fietsen al naar gelang hij in de bergen of op het vlakke rijdt. Vorig jaar werd de nieuwe versie gepresenteerd. Het Belgische magazine Grinta!, onder aanvoering van testredacteur Tom Boonen, was er zo enthousiast over dat ze hem uitriepen tot Racefiets van het Jaar 2023. Onze belangstelling is gewekt. 

Waar voor je geld

De Ultimate is verkrijgbaar in een prijsrange van 2.699 euro tot 10.999 euro. Je kunt het dus zo gek maken als je zelf wilt. De Ultimate CF SLX 8 die wij testten zit ongeveer halverwege het spectrum met een prijs van 6.499 euro. Dat is een flinke bom duiten. Maar je krijgt, zoals we van Canyon gewend zijn, wel waar voor dat geld. De fiets is afgemonteerd met de elektronische Shimano Ultegra Di2 12 speed groep. Hij rolt op topkwaliteit ARC 1400 DICUT wielen van DT Swiss. Verder mogen het aerostuur en geïntegreerde 4iii powermeter niet ontbreken. Bij de concurrentie ga je met zulke accessoires al gauw naar de 10.000 euro. 

"Dat is een flinke bom duiten. Maar je krijgt, zoals we van Canyon gewend zijn, wel waar voor dat geld"

De Duitse allemansvriend combineert een laag gewicht (7,26 kilo volgens de fabrikant) met verder verbeterde aerodynamica ten opzichte van het vorige model. Het frame én de wielen zijn in de windtunnel in Zwitserland geoptimaliseerd. De vijftig millimeter hoge DT Swiss velgen zijn geoptimaliseerd voor het rijden met zijwind, waarbij je zou moeten profiteren van een ‘sailing effect’ als bij een boot die de wind in de zeilen heeft.

Even stoeien

Tot zover de marketingpraat van de fabrikant. Tijd voor de praktijktest. Het afstellen van het zadel is letterlijk even stoeien. Het draaibare koppelstuk tussen zadel en stuurpen, blijkt vast te zitten door ophoping van vuil. Uiteindelijk kunnen we de kop er (met beleid) uitslaan. Ons advies: goed invetten voor gebruik! In positieve zin valt het hoge afwerkingsniveau op. Geen lelijk randje of naadje te zien. De afwerking is zo puntgaaf dat het lijkt alsof de Ultimate uit een 3D printer is gerold.

We stappen op de fiets en al na twintig minuten voelt het alsof we er al jaren mee rijden. De fiets voelt superstrak, stabiel en heeft een voorspelbaar rijgedrag. De aandrijflijn is stil, zelfs nadat we ermee door de regen hebben gefietst. De paarse lak maakt de tongen los in mijn fietsgroepje; de één vindt het mooi en de ander spuuglelijk. Maar om het je makkelijk te maken: de fiets is niet meer in deze kleurstelling verkrijgbaar.
 
De DT Swiss wielset is even wennen. Als je de benen stilhoudt, begint de vrijloop luidruchtig te ratelen - op het gênante af. Maar elk nadeel heeft zijn voordeel: we hoeven niet meer te bellen als we fietsers willen passeren. Even de benen stilhouden en ze gaan vanzelf aan de kant!

Cruise control

Om de klimkwaliteiten van de fiets te testen, nemen we hem mee naar de Vulkaaneifel, vlakbij de fabriek in Koblenz waar hij vandaan komt. In de ‘Heimat’ voelt de fiets zich thuis. Hij voelt lichtvoetig en schiet als een springveer vooruit als je aanzet op de beklimmingen. In de afdalingen is het aansnijden van bochten een feest. De Ultimate voelt zo strak dat het lijkt alsof er bij wijze van spreken lane assist, ABS en cruise control op zit. Het verbaast me niet dat Mathieu van der Poel de Ultimate voor de bergen kiest! 

"De Ultimate voelt zo strak dat het lijkt alsof er bij wijze van spreken lane assist, ABS en cruise control op zit"

Maar hoe rijdt ‘ie op het vlakke? Terug in ons kikkerlandje nemen we de Ultimate mee naar het strand om hem een dagje in de wind te testen. De wielen voelen een tikje zenuwachtig. Als we op een dijkje rijden met de wind vol op de kant, zijn we zelfs even bang de controle over de fiets te verliezen. Maar de ondergrond, een stukje grindpad, zal daarbij ook zeker een rol spelen. Verder blijft de fiets met zijwind prima op snelheid en accelereert goed bij het dichtrijden van een gat.

Conclusie

De conclusie? Ja, 6500 euro is behoorlijk veel geld, maar je krijgt er een fiets voor met zeer goede afmontage en subliem rijgevoel. Het is natuurlijk wel de vraag wat voor type fiets het beste bij je past. De Ultimate is veelzijdig, maar als je vrijwel uitsluitend in de Nederlandse polders rijdt, ga je wellicht beter voor een Aeroad. Die is weliswaar zo’n halve kilo zwaarder, maar daar krijg je nog betere aerodynamica voor terug. En dan is er ook nog de Endurance, voor als je nadruk op comfort wilt.

Als je echt wat bijzonders zoekt, een fiets die de hoofden doet draaien, dan is de Ultimate wellicht niet jouw keuze. Hij is weliswaar strak vormgegeven, maar heeft geen designfeatures waarvan we stijl achterover sloegen. De Ultimate lijkt vooral bedoeld voor een breed publiek. Inderdaad, een echte allemansvriend. 

Pluspunten

 

• Prijs-kwaliteit
• Geweldige afmontage
• Subliem rijgevoel

Minpunten

 

• Geen baanbrekend design
• Minder aero dan de Aeroad

Prijs: 6499 euro
Meer info: www.canyon.com